Parijs is niet ver


“Ik denk dat mensen bij elk weertje gewoon op de tribune zouden gaan zitten, want ze hebben allemaal €150 per kaartje betaald”, grappen roeiers en medewerkers zaterdagochtend naar elkaar. Ondanks het regenachtige weer zijn de tribunes langs de roeibaan al flink gevuld.

Bezoekers laten zich niet tegenhouden door de regen. In een lange stoet lopen de sportfans vanaf het treinstation naar de roeibaan.

De Tour de France kent het gezegde ‘Parijs is nog ver’. Daarmee bedoelen wielrenners dat ze nog veel kilometers moeten afleggen tot aan de laatste etappe van de Franse rittenkoers die – met uitzondering van dit jaar vanwege de Spelen – traditiegetrouw finisht op de Champs-Élysées. In de tussentijd kan nog van alles gebeuren, willen ze zeggen.

Voor familie en vrienden van de Nederlandse roeiers blijkt Parijs helemaal niet ver. Veel bekenden zijn naar de Franse hoofdstad afgereisd, blijkt als we even rondvragen. Ze zijn er zelfs de eerste dag al bij. “Mijn ouders en stiefmoeder zijn hier de hele week, net als mijn vriendin en haar ouders”, vertelt Simon van Dorp zaterdagochtend na zijn race. Als hij klaar is bij de interviewers voegt hij zich meteen even bij hen. “Dat is wel echt een groot verschil met Tokyo, waar natuurlijk geen publiek was toegestaan. Dit is heel leuk!”

Tessa Dullemans uit de vrouwen dubbelvier kreeg zelfs al kippenvel tijdens het oproeien. “Je hoorde toen al iedereen heel hard aanmoedigen. ‘HOLLAND! HOLLAND!’ Ik vond het een beetje overweldigend. Er zijn echt veel mensen hier. Veel meer dan op andere grote roeitoernooien.” Haar ploeggenoot Youssifou vult aan: “Zelfs op de eerste dag al volle tribunes, dat is heel bijzonder. Ik ga nu even koffiedrinken met mijn familie.”