Holland Acht: “magische vriendschap liet de boot vliegen”

“Ik kan bijna niet beschrijven wat deze medaille voor me betekent”, zegt Jan van der Bij uit de zilveren Holland Acht na zijn race. Hij kijkt naar de medaille om zijn nek. “Het staat, naast hard werken, ook een beetje symbool voor vriendschap.”

“Bij iedereen kwamen vandaag de emoties los”, vertelt Van der Bij. “We hebben allemaal zulke andere achtergronden en verhalen. We zijn een unieke combinatie – Mick is bijvoorbeeld de meest corporale gast die ik ken, terwijl ik zelf de grootste knor ben uit de boot en onze Ruben is al jaren op jacht naar zo’n olympische medaille – maar het is ontzettend vet om dit samen te kunnen doen.”

“Moet je eens kijken wat we kunnen als de sfeer goed is. Als stuurvrouw Dieuwke zegt ‘we gaan’ dan boren we dwars door het veld heen. Dat gebeurde nu ook op de helft van de race. Ze riep iets als: doe het voor elkaar en dat gaf ons echt vleugels. We deden het vandaag echt voor elkaar. We hebben onze beste race gevaren. Dit is het resultaat dat daarbij hoort.”

Tekst gaat verder onder de foto.

De aanloop van de Holland Acht naar de Olympische Spelen verliep voor hen niet vlekkeloos. Van der Bij: “We hadden veel downs, maar de afgelopen maanden hebben we met echt heel veel focus getraind. We dachten: als we willen meedoen in dit veld, moeten we echt aan de bak. Dat is gelukkig heel goed gelukt. Door die focus hebben we niet alleen de boot beter gemaakt, maar ook een hechte vriendschap in de boot gevormd. Deze medaille staat ook een beetje voor de vriendschappen in de boot.”

“Bijklussen”

De sfeer in de ploeg is supergoed, zegt ook slagroeier Mick Maker. “We hebben een goede mentaliteit en we willen altijd meer, meer, meer. Dat heeft zich vertaald naar goede percentages in trainingen. Helaas is dat in dit competitieve veld niet genoeg voor goud. Grote roeinaties zetten alle ballen in op de acht. Ik weet dat wij het beste hebben gedaan van wat wij kunnen.”

Makker heeft het nog even over het “bijklussen” dat de jongens doen. “Zonder het met elkaar af te spreken, doet iedereen stiekem een beetje extra. Als we bijvoorbeeld dertig kilometer moeten roeien, en dus na vijftien kilometer omkeren, komen we elkaar op het keerpunt bij twintig kilometer tegen. Dat brengt echt een goede sfeer in de ploeg. Niks is te gek.”

Magische bekroning

Voor Ruben Knab, die al zestien jaar jaagt op een olympische medaille, heeft deze medaille een extra lading. “Ik heb veel leuke dingen gedaan, maar op het moment suprème schoot vaak het resultaat tekort. Het is na al die tijd heel bijzonder om nu een bevestiging te krijgen in wat we doen, wie ik ben, wat ik altijd al gedacht heb en waar ik vertrouwen in heb gehad. Dat het goed is. Het gevoel is magisch. Goud, zilver of brons – het kan me geen fluit schelen. Het is een mooie bekroning van een heel goede reis met bijzondere, ontzettend leuke mensen.”