De echte verandering III: een complete sport

Een serietje over licht en coastal

Door Feike Tibben | 19 december 2020

Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Lees alle bijdragen van Feike hier.


Onder roeiers maar al te populair: ‘Licht roeien is als basketballen voor kleine mensen’. Oftewel: ‘We kijken er wat ginnegappend naar, maar je moet het niet al te serieus nemen. Het échte roeien is een sport van grote, zware mannen en vrouwen. De rest: Spielerei.’

Natuurlijk zit er een zekere lichtheid in die spot en moeten we dat niet al te serieus nemen. Maar toch… het stoort me toch ook. We zeggen toch ook niet dat Usain Bolt, king of sprint, een marathonloper is zonder uithoudingsvermogen. Of dat Eliud Kipchoge, wereldrecordhouder op de marathon, een lousy atleet is omdat ‘ie maar niet op gang komt. Of dat Roy van de Berg met z’n 75 cm om die reden een betere wielrenner is dan skinny Tadej Pogačar.
De compleetheid van het roeien toont zich in het grote aantal nummers. Skiff, dubbel, quadrupel, octet, boord, scull. (‘Waar kijk ik naar’, vroeg een bekende hockeyster me op de Holland Beker, ‘de heren waren toch net al?’) Behalve het grote aantal nummers is het voor de rest eenheid wat de klok slaat: iedereen vaart de standaard 2000 meter. Allemaal 2000 meter, met als enige verschil het type boot.

Als een schaatstoernooi voor schaatsers die allemaal 1500 m schaatsen: een groep op houtjes, een andere op vaste noren, een derde groep op klapschaatsen, en een vierde keer in een groepje kop-over-kop. Of de atletiek met maar één afstand: een keer voor iedereen op blote voeten, een keer voor mensen met gympen, en één voor trotse vaporfly-eigenaren.
Kijkend naar bijvoorbeeld atletiek, wielrennen en schaatsen in vergelijking tot roeien, dan hebben die andere prestatiesporten een grotere variatie: van sprint tot marathon, van 200 meter met vliegende start tot Tour de France of van 500 meter tot 10 km of 50 rondjes massastart. Dezelfde sport, maar met variëteiten die een ander fysiek vragen. Daar hebben we geen discussie of lang, kort of licht, zwaar: je zoekt het nummer waar je fysiek het best tot z’n recht komt en gaat excelleren.

En ik weet niet hoe het jullie vergaat, maar het meest interessant vind ik de afstanden waar specialisten uit verschillende disciplines de degens kruisen: de 200 meter waar sprinters en 400 meter-lopers elkaar treffen of de 1000 meter schaatsen waar een snelstartende sprinter stervend vooruit probeert te blijven voor de sluipend naderende 1500 meterspecialist. De Giro met klimmers versus tijdrijders.

Het bruggetje naar het roeien is snel gemaakt: met het coastal roeien voegen we meer toe dan alleen ander water, meer dan alleen een mixed nummer. ‘Als de afstand langer wordt, heb je minder aan lengte en kracht. Dan gaan andere fysiologische variabelen een rol spelen. Als het op uithoudingsvermogen aankomt, zijn kleinere, lichtere mensen in het voordeel’, stelt Hessel Evertse in de Roei! van oktober 2020. Kijk aan!

Met coastalroeien wordt het echte roeien, het gewone roeien uitgebreid. We gaan op weg naar het complete roeien. De lichte roeiers: de klimgeiten van de roeisport. Dansend op de golven.