Herkansing voor Holland Acht: “resultaat geen reden om niet mee te doen voor de medailles”

De Holland Acht was vandaag de enige Nederlandse ploeg op het olympische toernooi. In een strijd tegen de Amerikanen kwamen de oranje-roeiers helaas tekort voor directe plaatsing in de finale.

Met zes man sterk komen de roeiers na hun race naar de mixed zone om de pers te woord te staan. Wanneer blijkt dat de NOS maar twee van de mannen wil interviewen, loopt de rest snel door naar de journalisten zonder camera’s. “Heb je ons allemaal nodig?” Nee hoor. Iedereen behalve Ralf Rienks en Gert-Jan van Doorn knijpt er tussenuit. Die laatste mag het woord doen.

Tekst gaat verder onder de foto.

De mannen van de Holland Acht onderweg naar de finish. In de verte zie je botenloodsen (de zwarte vierkantjes), equipetenten (met de witte puntdakjes) en tribunes van de kanoslalom venue die naast de roeibaan ligt. Foto Max Reijnen

“Op een dag als vandaag probeer ik zo min mogelijk verwachtingen te hebben” vertelt Gert-Jan van Doorn. “Maar je weet ook dat alleen de eerste doorgaat naar de finale. Dat is dus het resultaat waarvoor je gaat. Met dat in gedachten valt het resultaat tegen omdat we ons niet direct hebben kunnen plaatsen. Tegelijkertijd was deze race niet perfect. In grote lijnen hebben we neergezet wat we wilden, maar er is zeker ruimte voor verbetering.”

Het resultaat laat volgens de mannen zien dat er geen reden is om niet mee te doen voor de medailles. “We hebben even vluchtig naar de uitslagen gekeken. Er zijn zeven achten en we weten dat ze allemaal goed zijn. De Britten zijn goed, de Amerikanen zijn goed, maar wij ook. We proberen ons nu ook niet rijk te rekenen; Roemenië heeft niet zoveel gedaan en Australië zijn ook jongens waar we rekening mee moeten houden. Het zijn de Spelen, iedereen is goed. Vandaag laat zien dat we niet slechter zijn dan verwacht.”

Fans

Na afloop van de race was Van Doorn nog niet op de hoogte van zijn fanclub. “Oh dat meen je niet?!” Zijn ploeggenoot Ralf Rienks moet er hard om lachen. “Het is heel leuk dat er veel mensen zijn waarvan je niet eens wist dat ze er zouden zijn. Ik hoorde langs de kant ook veel aanmoedigingen van mijn studentenvereniging Laga.”

Creatieve fanclubs moedigen Holland Acht aan

Vandaag start van de Nederlandse ploegen alleen de Holland Acht. Toch zijn er veel oranjesupporters langs de kant. Roei! liep een stukje heen en weer langs de baan en kwam een veelvoud aan gepersonaliseerde, oranje shirts tegen.

Graafmachine

Studentenroeivereniging Thêta uit Eindhoven is met ongeveer honderd leden in Parijs. “Maar ze zijn niet allemaal hier vandaag hoor. We slapen met een man of vijftig op een camping hier dichtbij.” De leden zijn er vandaag om Holland Acht-roeier Sander de Graaf aan te moedigen. 

Daar hebben ze een paar jaar geleden speciale shirts voor laten maken. De zogenaamde ‘Sander de Graafmachine’-shirts. Er zijn inmiddels al enkele versies van in omloop. Ze worden gedragen door leden van Thêta én door familie van De Graaf. “Het idee is een paar jaar geleden ontstaan door twee leden van onze vereniging. Zij wilden Sander aanmoedigen en wilden dat doen met ludieke merchandise. Sander heet ‘De Graaf’ met zijn achternaam, en het is nogal een machine. Hij deed wel eens zijn hartslagmeter om tijdens woon-werkverkeer op de ov-fiets bijvoorbeeld, zo maakte hij zelfs daar een ED-training van. De woordspeling ‘Sander de Graafmachine’ was natuurlijk snel gemaakt.”

Vriendinnen van de Holland Acht

Ook de familie van Olav Molenaar heeft gepersonaliseerde shirts. Achterop hun oranje polo’s staat ‘Team Olav’, ‘TeamNL’ inclusief het tulpvormige logo en de Olympische ringen. De vriendin van Olav heeft zelfs een gepersonaliseerde tas en een vlag om de Holland Acht aan te moedigen. “Een tante van een van de jongens heeft die gemaakt voor alle roeiers. Volgens mij hebben nu alle vriendinnen deze merchandise.”

“Er zit niet echt een verhaal achter deze merchandise. Het is voor Olav’s eerste deelname aan de Olympische Spelen. We zijn gewoon enorm trots op hem en dragen dat graag op deze manier uit.”

Fotocollage transformatie

Even verderop staan fans van Gert-Jan van Doorn. Hun outfit is helemaal af: naast een shirt met een fotocollage dragen de mannen ook een oranje broek met namen en een ‘Team Die Leythe’-pet.

“We kennen elkaar van onze juniorentijd toen we samen trainden in een trainingsgroep bij Die Leythe. Met een man of elf gingen we daar tegelijkertijd wedstrijdroeien. Drie daarvan liggen nu aan de start bij de Olympische Spelen: Karolien, Gert-Jan en Finn. De rest van de groep die aan de verkeerde kant van de statistiek zat, is nu hier om ze aan te moedigen.” Het shirt laat de transformatie zien die Gert-Jan heeft doorgemaakt, vertellen de mannen. “Toen hij begon met roeien was hij een beetje een dikkig jongetje. Dat mag ik nu wel zeggen denk ik, nu hij op de olympische spelen ligt. Het roeien heeft hem langzaam getransformeerd tot de adonis die hij nu is.”

Dagboek in Parijs – struinen is niet olympisch

Het is anderhalf uur reizen van ons appartement in Saint Germain en Laye naar de roeibaan. Vanochtend was al duidelijk dat het een mooie, zonnige dag zou worden. Heel anders dan vrijdag (vooral grijs) en gister (vooral nat). Onderweg passeren we drie keer de rivier de Seine: drie keer er overheen. Dat zag er prachtig uit in de ochtendzon. Wat je vanaf die afstand niet ziet: er drijft nog te veel poep in de Seine om erin te zwemmen. 

Vlak na de passages over de Seine duikt de metro onder de grond. We racen in sneltreinvaart onder het stadscentrum van Parijs door. Stap je bij halte Charles de Gaule-Étoile uit dan sta je praktisch naast de Arc de Triomphe. Een paar haltes later bij Châtelet des Halles sta je oog in oog met de Cathédrale Notre-Dame de Paris. Allemaal toeristische trekpleisters die nu het decor zijn van de olympische venues. Historische gebouwen zijn aangekleed met banners in de kleuren zachtroze en zeegroen, en rondom hangt een veelvoud aan informatieborden met pijlen in dezelfde roze kleur. 

Sfeer proeven

Vandaag besluit ik om na mijn werk op de roeibaan ‘Parijs in te gaan’. De baan ligt namelijk wel in Parijs, maar niet echt ín Parijs, snap je? De metro brengt me vanaf de roeibaan in bijna-Disneyland, door haar ondergrondse gangenstelsel, naar de binnenstad. Met de ov-kaart die ik van de olympische organisatie kreeg, kan ik deze dagen overal heen en daar maak ik graag gebruik van. Bovendien heb ik nu relatief veel vrije tijd omdat de roeiers zo goed presteren; ze hebben veelal geen herkansingsronde nodig. Dat geeft mij tijd om even te proeven aan de olympische sfeer in de stad.

Via roltrappen waar geen einde aan leek te komen bereik ik het straatniveau. Er valt weer weer zo’n heerlijke zonnestraal op mijn gezicht. Als om me heenkijk, blijk ik per ongeluk in een grote winkelstraat beland. Aan de buitenkant van de grote, rijk versierde gebouwen kun je aflezen dat de spullen binnen niet goedkoop zijn. Via nog duurdere winkels – categorie beveiliger achter de glazen deur en prachtig gestylede plantenbakken op de Franse balkonnetjes – wandel ik naar La Concorde. Voordat ik daar heen mag, moet ik eerst door een haag van gendarmerie-, politie- en defensiemensen. Die eersten willen een stukje verderop eens in m’n tas kijken. Geen probleem, niks te verbergen. 

Struinen verboden

Bij het Parc Urbain dat rondom La Concorde is opgetrokken, hebben net twee Nederlandse meiden hun skateboard tricks vertoond. Het is er druk. Een vrijwilliger vraagt of ik een kaartje heb: nee, ik wil er gewoon omheen, de sfeer proeven. Mijn plan om rondom de venue te lopen strandt al snel. Want hoewel ik geduldig met de menigte meebeweeg, houden norse gendarms me tegen: eenrichtingsverkeer, zeggen zij zonder woorden. Omlopen dus. Even lekker struinen langs olympische venues zit er niet in. 

Verderop, tussen de Hermes-winkel op de ene hoek en die van Cartier op de ander zie ik een piepklein roze bordje: Champs Élysees. Die roze pijlen besluit ik te volgen. Gewoon om er nu over te kunnen opscheppen, loop ik zelfs even over het midden van deze iconische weg. Ik voel me helemaal cool en loop verder richting de Eiffeltoren. Dom idee, want daar loop ik weer in een struinfuik. Ik maak toch maar een selfie, want wat is het gaaf om hier te mogen zijn. De olympische spelen zijn voor topsport. Niet om te struinen.

Boordvrouwen winnen heats, mannen vierzonder naar herkansing

Na de herkansing van de Nederlandse dames dubbeltwee vanochtend was het tijd voor de heats van de boordploegen. Iedereen behalve de Hollandacht heeft nu de eerste race(s) in de benen. We vroegen de vrouwen tweezonder en de beide vierzonders om een reactie.

Wanneer de omroeper bij de start Ymkje Clevering en Veronique Meester opnoemt, klinkt luid gejuich vanaf de tribune. De regerend wereldkampioenen laten zien waarvoor ze gekomen zijn. Met een straatlengte verschil winnen ze de heat, maar dat ging nog niet zo vanzelf. Vanaf de start klampen de vrouwen van Litouwen namelijk aan bij de Nederlandse vrouwen. Zij duwen hun boegballetje zelfs even voor de oranje-boot. Na 1200 meter besluiten de regerend wereldkampioenen dat de andere deelnemers genoeg in beeld zijn geweest. Meester: “Ik vond dat ze te lang bleven plakken. We kozen op dat punt voor een versnelling en daarna begonnen we weg te schuiven van de rest.”

“De wind gaat nu wat op en af, waardoor we onze tijd niet kunnen vergelijken met die van onze grootste concurrenten in een andere heat”, licht Clevering toe. “Maar ik ben blij dat we begonnen zijn. We hebben gister de andere Nederlandse ploegen zien varen en ik wilde zelf ook graag van start. Parijs is nauwelijks te vergelijken met Tokio. Daar was nauwelijks sfeer en geen publiek. Nu roei je door een muur aan geluid.”

Tekst gaat verder onder de foto.

Clevering en Meester wonnen overtuigend hun heat. Foto Max Reijnen

Terug van trainingskamp

Net als hun collega’s in de tweezonder, kwam de vrouwen vierzonder als eerste over de finishlijn. Benthe Boonstra vertelt: “We wilden er hard invliegen, een vurige race varen tot aan de finish. De laatste vijfhonderd meter kwamen de Roemenen nog hard opzetten en we weten dat zij hard kunnen eindsprinten. Desondanks hebben we onze eigen race, en onze eigen eindsprint gevaren. Het was ook weer niet zó spannend.” Ploeggenoot Marloes Oldenburg ervoer dat anders. “Ik dacht wel even: nu moet er iets gaan gebeuren, want anders halen ze ons nog in. Je wil soeverein en comfortabel voorliggen. Dat was in de eerste 1500 meter wel, maar daarna minder. Ik ben niet ontevreden hoor, we hebben onze krachten goed verdeeld.” 

Het wordt denk ik een heel spannende race om te kijken donderdag, vult Tinka Offereins aan. “Het veld ligt dicht bij elkaar. Wij zijn een ploeg die goed gaat op hard en veel trainen. We zijn helemaal klaargestoomd voor de belangrijkste race van het seizoen.” Oldenburg erkent dat haar ploeg het goed doet na hoogtetraining. “Het maakt onze vorm voor anderen wat onvoorspelbaar. Ik weet dat ploegen ons vervelend vinden; die liggen tijdens de eerste wereldbeker ruim voor, maar zien ons groeien tijdens het seizoen. Ze balen als wij weer op trainingskamp zijn geweest”, zegt ze lachend.

Gevoelsmatig ver weg

“We voeren een volwassen race”, vertelt Nelson Ritsema, boeg van de mannen vierzonder. “Andere ploegen waren sneller weg uit de start. Dat is altijd jammer. Direct naast ons lag een grote favoriet en dat maakt racen lastiger. Als zij van je wegtrekken, lig je daarna gevoelsmatig verder weg van de tegenstanders, terwijl het verschil met Roemenië bijvoorbeeld vandaag helemaal niet zo heel groot was. Ik kijk met een goed gevoel terug op deze race.”

De ploeg heeft vertrouwen in een goede afloop van de herkansing. “We weten ook dat we altijd wat groeien in zo’n toernooi. Dat zagen we ook in Varese en Luzern”, aldus Guus Mollee. “Het roeide vandaag lekker.” Of de mannen in topvorm zijn? Volmondig ja, van alle vier. Ritsema: “Dat geldt overigens voor alle Nederlandse ploegen.”

Dubbeltwee naar halve finale door gecontroleerde herkansing

“Het ging vandaag een stuk beter”, zegt Lisa Scheenaard opgelucht na haar race. Ze verzekerde zich net met Martine Veldhuis van een plekje in de halve finale van de dames dubbeltwee. 

Lisa Scheenaard en Martine Veldhuis schoten weg uit de start en pakten vrijwel meteen een kleine bootlengte voorsprong op hun concurrenten. Ze werden echter continu op de hielen gezeten door Noorwegen, Italië en Litouwen, die ook hun plekje in de halve eindstrijd wilden afdwingen.

Tekst gaat verder onder de foto.

Scheenaard en Veldhuis in actie tijdens de herkansing. Foto Max Reijnen

Veldhuis: “We maakten vandaag veel beter onze eigen halen. Gister was het een beetje vluchtig en niet zo goed als we kunnen. In een veld als dit kun je geen slechte halen maken, dan word je voorbij gevaren. We hebben ons goed herpakt. We wisten wat we wilden doen en hebben dat uitgevoerd.”

Gecontroleerd 

Het doel van de vrouwen was om top-3 te varen. “Maar je weet ook dat je dat maar op één manier echt kunt veiligstellen. Dat is door te varen voor de eerste plek. Dan weet je het zeker; je houdt de regie in handen. Onze race was gestructureerd. We konden aanvallen gecontroleerd afslaan”, vertelt Scheenaard. Daarmee liet de ze zien dat het geen toeval was dat zij van deze ploegen gister de snelste tijd hadden in de heats.

Hoewel de eerste plek duidelijk voor de Nederlandse boot leek, was er geen tijd om achterover te leunen. Noorwegen, Italië en Litouwen lagen heel lang op één lijn vlak achter het oranje duo. “Ik voelde me niet opgejaagd, maar ik voelde wel dat er van alles gebeurde waar we bovenop moesten blijven zitten”, zegt Scheenaard daarover. 

Alles mogelijk

Veldhuis vult aan: “Halverwege de race voelde ik de rest aandringen. We bleven van ze af trappen en het lukte om ze voor te blijven. Daar krijg je vertrouwen uit. Ik bleef in mijn hoofd herhalen: gewoon blijven doortrappen, dan komt de finishlijn vanzelf in zicht.”

De dames kijken uit naar de volgende ronde. Scheenaard: “Alles is mogelijk, maar we moeten onze beste halen blijven neerzetten. Nu hebben we richting de finish gecontroleerd, niet echt een eindsprint ingezet. Ik twijfel er niet over dat we dinsdag alles uit de kast moeten trekken voor een plekje in de finale. We bereiden ons voor om heel diep te gaan.”

We zijn niet per se de grootste powervrouwen, maar het gaat best wel goed met wind tegen. Daar maken we zelf ook grapjes over – Martine Veldhuis, W2x

Deining

Deze baan is gevoelig voor deining, legt Scheenaard uit. “En er staat vandaag een briesje tegen. Die is gelukkig wel constant, zinder windstoten. Het zijn lekkere omstandigheden om te racen. Deze omstandigheden gaan niet het verschil maken tussen ploegen.”

Het is wind “waar je lekker tegenin kunt hangen”, vertelt Veldhuis. De voormalig lichtgewicht roeister moet zelf wel om haar uitspraak lachen. “We maken er zelf ook grapjes over. We zijn niet per se de grootste powervrouwen, maar het gaat best wel goed met wind tegen.” Scheenaard: “We zijn wel handig. Als we het goed doen, kunnen we relatief lichtvoetig roeien. Dat helpt wel met tegenwind.”

Lichte dubbels

Later op de ochtend komen de lichte vrouwen dubbels aan de start. Kijkt Veldhuis – als voormalig lichtgewicht roeister – daar nog met extra interesse naar? “Ik kijk eigenlijk alle velden met veel plezier. Ik ga zeker kijken hoe ze het doen, maar ik heb zelf natuurlijk nauwelijks in de dubbeltwee geroeid. Ik ken de meiden wel allemaal. Deze races roepen voor mij niet per se een ander gevoel op dan andere races. Het is wel een gaaf veld om naar te kijken. En ik weet wat ze ervoor moeten doen.”

Extra nummer: Olympische Spelen special


Kijk de Spelen goed voorbereid

In aanloop naar de Olympische Spelen in Parijs komt Roei! magazine met een olympische special! In dit extra nummer lees je alles wat je moet weten om het roeien op de Spelen goed te kunnen volgen. Half juli landt het magazine op de mat.

De olympische Roei! is gratis voor abonnees. Je kunt het nummer hier ook los kopen voor €6,50 plus portokosten.

EXTRA NUMMER
Alles over de roeiers van Team NL • Mis niks met handig tijdschema • Hoe kijken ex-Olympiërs terug op hun carrière? • Annemarieke van Rumpt: 2004, 2008 • Dagboek van Martine Veldhuis • Ellen Hogerwerf: 2012, 2016, 2020 • Kok gaat mee en vertelt: wat staat er op het menu van Team NL? • Het mysterie van het gouden stuurtje van 1900 • Greet en Nicolette Hellemans: 1980, 1984 • Alle informatie op een rij over starttijden • Voors en tegens van de roeibaan • Henk-Jan Zwolle: 1988, 1992, 1996 • Het einde van licht roeien: Maaike Head vertelt • De kroon op de carrière van jurylid Arjon Pals • Peter Wiersum: 2008, 2012, 2016 • Nieuw roeipak knipoogt naar het verleden • Parijse roeikunst: Renoir en Monet

Roei! is het onafhankelijke blad voor alle roeiers. Zes keer per jaar 64 pagina’s boordevol portretten, achtergrondverhalen, tips, fotografie, kunst en meer.

Neem voor €35,- per jaar een abonnement. Ga naar het aanmeldingsfomulier en vul het in!

Nieuw in de Roei!reeks: Roeiend van Rhône naar Rijn


Josien Kapma (1972) verlangde naar zwervend varen met een klein bootje, en vond precies de boot die daarbij past, de LiteboatXP, een moderne roei-zeilboot. Ze doet zichzelf voor haar vijftigste die boot en een sabbatical kado. Met haar anker in een boodschappentas stapt ze in de trein naar Zuid-Frankrijk, om dat bootje, Dory, op te halen. Via binnenwateren en meer dan 200 sluizen roeit en zeilt ze ruim 1200 kilometer terug naar Nederland. De reis markeert een overgang in haar leven; van blond naar grijs, van zorg voor kinderen naar zorg om ouders, van kansen pakken naar kansen doorgeven, van streven naar beleven.

Lees haar verhaal in dit boek vol foto’s, 172 pagina’s. Het boek verschijnt in mei in kleine oplage.

Verzeker je van een exemplaar: bestel het nu al via de Roei!winkel.

Roei!kunst-auteur Kees van Bueren vaart 25e keer de Skiffhead


Op zondag 24 maart roeit Kees van Bueren voor de 25e achtereenvolgende keer de Skiffhead. Hij nodigt alle lezers van Roei! uit om met hem mee te fietsen. De start is om 12.30 uur in Ouderkerk aan de Amstel.
Supporters zijn welkom om dat te vieren met een drankje en/of een broodje kroket, vanaf een uur of twee bij roeivereniging RIC, Korte Oudekerkerdijk 32, Amsterdam.

Kees van Bueren schrijft al jaren in ieder nummer van Roei! over onze sport in de kunst. Enkele jaren geleden hebben we een bundeling van de eerste jaren uitgegeven. Die bundeling is uitverkocht, maar wil je zijn bijdragen lezen, neem dan een abonnement op Roei!.


Nieuw: de Roei!reeks


Veel roeiverhalen zijn het vertellen waard, het roei-erfgoed is veelzijdig, maar regelmatig zijn de verhalen te lang, te groot voor ons magazine. Daarom starten we met deze serie boekjes over roeien en alles wat ermee te maken heeft.
De boekjes worden in een kleine oplage gemaakt, tenzij we tevoren een grote vraag verwachten.
De eerste twee delen zijn verschenen. Bestel ze via roei.nu/winkel.


Nieuw: de Roei!reeks


Veel verhalen zijn te lang voor een artikel in Roei!. Daarom komt de redactie met een nieuwe serie: de Roei!reeks.

Dat is een serie monografieën over het roeien in de breedste zin van het woord. Ze kunnen gaan over een roeier, een boot, een evenement, een familie, een vereniging, een bokaal, een roeigebouw en ga zo maar door: over alles wat met roeien te maken heeft of eruit voortkomt.
Ieder deel zal rond 80 tot 100 pagina’s omvatten.

We starten de reeks met het boek waarmee het idee geboren is, Roeipotigen en andere vogels. Dat is ontstaan doordat veel boten naar vogels genoemd zijn, en doordat roeiers nu eenmaal veel vogels kunnen zien. Ton de Haas, kunstenaar en roeier bij Isala, tekende jarenlang al die vogels.

Deel 2: Jan Op den Velde: roeimemoires van een Lagaaier

Jan Op den Velde (1931-2022) roeide van 1950 tot 1954 bij Laga. Hij nam deel aan de Olympische Spelen van 1952 in Helsinki en roeide tweemaal in Henley. Hij stelde zijn memoires van die jaren voor Roei! op schrift. Verrijkt met zijn eigen tekeningen en beeldmateriaal uit zijn plakboeken wordt dat nummer 2 van de Roei!reeks. Het komt naar verwachting in september uit.

Prijs: 15 euro per nummer

De Roei!reeks is een extra uitgave, met een geringe oplage. Niet omdat we het schaars willen houden, maar omdat we de risico’s voor onszelf in de hand moeten houden. Uitbreiding is altijd mogelijk, bijvoorbeeld als een vereniging of sponsor het boek aan relaties wil geven, tot het moment dat we gaan drukken. In dat soort gevallen nemen we contact op en zal de prijs anders zijn, afhankelijk van het aantal.
De verzendkosten bedragen bij 1 exemplaar € 3,80 en bij 2 tot 5 exemplaren € 4,50.


Bestellen, informatie

Stort het bedrag op NL14 RABO 0166 3568 40 ten name van Stichting Roei, vermeld wat je wilt ontvangen, en je naam en adres.
Of stuur een mailtje aan redactie@roei.nu.

Roei!reeks, nummer 1

Ergogekkie slaat weer toe

Bij de Open Italiaanse Ergometerkampioenschappen heeft Robin Sterk (RV Beatrix, zie Roei! 49) zowel op de 2000 als de 500 meter met succes zijn titels verdedigd. Zijn grootste tegenstander was de hitte van 30 graden, maar dat gold natuurlijk voor iedereen. Ook de andere Nederlandse deelnemer, Wiecher Dalsem (R.C. Kampen), wist tweemaal in zijn – beter bezette – categorie (55-59) te winnen. Viva Olanda!