We laten Willem III niet voorgaan!

OProeien toen – aflevering 41
Tekst en tekeningen Jan Op | 8 juli 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Het is nog steeds 1952

We liggen aan de start. 4- op het Nereuslustrum. Willem III onze enige tegenstander. Eerder van gewonnen maar vorige keer verloren! Dat zal niet weer gebeuren. We laten WIII niet voorgaan. Dat het om de kwalificatie voor de Olympische Spelen gaat speelt nauwelijks een rol. Zeker niet voor mij. De motivatie is zoals altijd: winnen. Wat daarna komt zien we dan wel weer. Uit de annalen:

Bij de start is WIII ons iets te vlug af. Of Kees ons iets meer naar het midden stuurt vanwege de slechte boei 1? Het resultaat is dat we WIII hinderen en dat de strijd op last van de kamprechter wordt gestaakt. We zijn al op 500 meter en te ver weg om opnieuw te mogen starten. Wij worden gediskwalificeerd. Normaal gesproken vaart de andere ploeg naar de finish en heeft het blik op zak.

Maar dit is niet zomaar een wedstrijd! Heeft WIII zich nu gekwalificeerd voor de OS? Beide ploegen liggen te wachten op het oordeel dat de Technische Commissie zal vellen. De karavaan op de volgweg staat plotseling stil. Vol met vraagtekens. Slechts het ruisen van de wind in de hoge populieren en het gekabbel van de golven tegen de boot is hoorbaar. De kamprechter en de Technische Commissie zitten onder hoogspanning in hun auto. Reglementair heeft WIII gewonnen (moeten ze nog wel de finish passeren). Maar zich niet gekwalificeerd. Oordeel: opnieuw starten. Het kwalificeren gaat blijkbaar boven de spelregels van het roeien.

Naar de start. Kamprechter en mede-rechters hebben ingezien dat op boeien 1 en 2 varen niet verstandig is. We starten nu op boei 2 en 4. De krant:

Dat tot overroeien werd besloten was begrijpelijk doch waar de aanvaring op ongeveer 600 meter plaatsvond en beide ploegen reeds veel lichamelijke en geestelijke energie hadden verbruikt lijkt mij de beslissing dit overroeien onmiddellijk te laten geschieden, gezien de bedoeling van de race, onjuist. De tweede race kreeg een dramatisch einde…

We starten dus opnieuw. Onder dezelfde weersomstandigheden. Zonder dat te weten: op boei 2 meer stroom tegen. Dat is geen excuus om op ca 1000 meter een lengte achter te liggen. Ik (geef op twee de commando’s, beter te horen door de anderen en met “internationale” ervaring) geef het commando om 30 halen met nog meer kracht en in hoger tempo te maken. En verd… we lopen in. En dan gebeurt er iets onwaarschijnlijks. Plotseling varen wij WIII met een rotgang voorbij!! Ze liggen stil. De twee is afgeknapt. We hebben geen medelijden en varen door. Maar…. we waren gediskwalificeerd. Het opnieuw starten is buiten de roeiregels gebeurd. Dus hebben we niet gewonnen. (Een speciale vraag voor het kamprechtersexamen?).

Geen kwalificatie voor de Olympische Spelen. Echter… beide ploegen zijn van “OS.-kwaliteit”. Een speciaal probleem voor de Roeibond. En er speelt nog meer een rol.

Lees volgende week verder!

We roeien weer!

Door Kees Verweel | 19 juni 2021

Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de zesriemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.


Na 9 maanden coronapauze roeit de Nederlandse sloeproeivloot inmiddels alweer twee weken! De social media stroomden 5 juni vol met berichten van teams die eindelijk weer aan de riemen mochten. Heel veel blije gezichten, en foto’s van de eerste blaren, prachtig!

Onze eerste trainingen werkten we zondag de 6e af. De dames trapten af, aangevuld met een paar heren om de boot vol te krijgen. En aansluitend gingen de heren hun eerste rondje doen. Toch een beetje vreemd om ineens schouder aan schouder met een ‘vreemde’ te zitten, maar dat gevoel was binnen vijf minuten weg. Zalig om weer die riemen door het water te zien glijden, mooi in cadans. Top om weer die spieren te voelen! We kunnen eindelijk weer verder gaan vanaf het punt waar we moesten stoppen; conditie opbouwen, nieuwe leden werven en kilometers maken. We zijn weer lekker twee keer per week op het Veerse Meer te vinden. De persconferentie van gisteren doet er nog een schepje bovenop want er mogen vanaf 26 juni ook weer wedstrijden georganiseerd worden, dus waarschijnlijk kunnen we binnenkort ook eindelijk onze eerste race tegen andere sloepen gaan roeien. En dus ook weer andere teams ontmoeten, voor mij is dat inmiddels 21 maanden geleden!

Laten we hopen dat er tijdens de vakantieperiode geen vervelende coronamutanten mee terugkomen naar Nederland, en dat we het resterende seizoen elkaar weer vaak zullen treffen op of bij het water. Op 2 mei 2020 schreef ik mijn eerste bijdrage over sloeproeien tijdens de coronacrisis, vandaag nummer 52 en een mooi moment om hiermee de reeks af te sluiten.

Ik wens iedereen heel veel roeiplezier toe tijdens jullie trainingen, toertochten en wedstrijden!


Het eerste blik van 1952

OProeien toen – aflevering 39
Tekst en tekeningen Jan Op | 16 juni 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Het “bronzen” blikje (nauwelijks 2 cm doorsnede) van de Europese Kampioenschappen van dit jaar heb ik op zak. Seizoen afgesloten. Tot de Head van volgend jaar, 1952, geen “echte” wedstrijden meer.

Maar de terugreis vanuit Macon bevat een speciaal aspect. De aanwezigheid van damesploegen is niet ongemerkt voorbijgegaan. Er zijn gemengde ploegjes geformeerd tijdens het feestelijke afscheid van Macon. Dat leidt tot echtelijke verbintenissen: Spaarne-Laga. Later hoor ik dat de dames uitermate vereerd waren met de belangstelling van de als ruw bekend staande Delftenaren! Maar ze zullen zonder twijfel zelf ook hun bijdrage hebben geleverd.

Het nieuwe seizoen begint omstreeks begin oktober. Dan blijkt wie er dit jaar opnieuw halen wil maken om de eer van Laga te verdedigen. Meestal zijn dat er omstreeks vijftien. En ook nog een leger eerstejaars die eerst door de “zeef” gaan. Van de omstreeks 80-100 stuks zullen er 20 à 30 overblijven. Veel van deze eerstejaars zijn vaak op school voor “gym” elders te vinden. Met als gevolg dat hun lichaam geen idee heeft hoe het moet reageren op de commando’s van de eigenaar. En dus is deze categorie aanbevolen om het volgend jaar nog eens te proberen. Mijn “staat van dienst” helpt om in de Oude Vier mee te mogen varen.

1952

De NRB heeft voor het komende seizoen de wedstrijden op een rijtje gezet. De verenigingen hebben dat rijtje goedgekeurd. Van de 18 is de helft  een boord-aan boord wedstrijd over 2000 meter. Laga en de andere studentenverenigingen plus enkele burgerverenigingen doen daaraan mee. Het is mogelijk interessant voor huidige generaties om die agenda te tonen. De wedstrijden waaraan we deelnemen zijn met stip aangegeven. In het najaar geen wedstrijden. Kansen om een flink aantal blikken op “de lijst” te krijgen is beperkt .

Maar terug naar de drijfveer van deze kolommetjes: roeien. Dit jaar neemt Laga alleen met twee jonge ploegen deel aan de Head. De nadruk ligt dit jaar op twee vieren. Natuurlijk de 4+ voor de Varsity en een 4-. De laatste met onder andere de slagen van de succesvolle jonge acht van vorig jaar. Na twee jaren in de boot met een stevig stuk hout in de handen en de bijbehorende successen heb ik de smaak te pakken. En ik mag op 2 meevaren in de Oude Vier. Dat levert een flinke deuk in mijn roei-welzijn op. We worden derde.

Dan wordt de deuk iets minder diep. Ik word overgeplaatst naar de 4-, gecoacht door Jo, mijn coach van vorig jaar. Zijn studie verhindert de functie van hoofdcoach. Op boeg een voormalig roeier van een 4- van Willem III. Dit seizoen is WIII onze voornaamste tegenstander die het ons flink zuur maakt.

De eerste uitdaging is Hollandia. Vrijdagavond ons eerste duel tegen WIII. Stuurloos(!!). Slechts twee ploegen over de smalle Hollandia-baan. Ik laat de krant het verslag geven:

de vier zonder stuurman op de eerste dag van de wedstrijden een uitstekende prestatie door de heat te winnen in de bijna onwaarschijnlijke snelle tijd van 7’05”4. De tijd betekent een royale verbetering van het baanrecord: 7’16” gevestigd in 1950 door Njord.

De volgende dag winnen we met een ruime voorsprong van Njord. Blik!

Lees volgende week verder!


Een ‘premie’ (geen ‘blik’) is Laga onwaardig

OProeien toen – aflevering 38
Tekst en tekening Jan Op | 9 juni 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Finale 8+, EK 1951, Macon, op de (mee-)stromende Saône.
We roeien op om de strijd (weer) aan te binden tegen de Denen vergezeld door de Engelsen (groot deel van de ploeg waarvan we in Henley verloren) en Joegoslavië. We hebben tegenstanders die net iets sneller waren dan wij. Dat laten we niet weer gebeuren.

Aan de start: ik kan de tegenstanders niet zien. Die liggen aan stuurboord. Niet van belang want alleen het blad van de slag is onze maatstaf. Êtes vous prêts, (één, twee, Laga weg) partez!

We hebben alvast twee metertjes gepakt. Ter informatie: aligneren? Lastig. Startbakjes met jeugdige vasthoudertjes erin? Onbekend. De kamprechter staat in zijn boot ter hoogte van de startlijn. En start de ploegen zodra hij vindt dat ze ongeveer gelijk liggen.

De Franse verslaggever: Départ en flèche des Hollandais! (als een schicht/scheet). De Telegraaf (Aad van Leeuwen):

De EK die een zó hoog roeipeil te aanschouwen gaven als na de oorlog nog niet het geval is geweest, kregen met deze race in de acht een onvergetelijk slot… Drie ploegen die boord-aan-boord streden en wier verschillen bij de finish slechts in honderdsten van seconden kunnen worden uitgedrukt.

Ik heb op televisie gezien dat er tegenwoordig roeiers zijn die het water voor straf(?) een flinke klap geven als ze te laat over de finish varen. Achteraf had ik dat ook kunnen doen.

Dit was onze laatste wedstrijd dit jaar. Hoogste tijd om de kroeg met de goedkope champagne te gaan bezoeken (ondanks onze ervaringen met onze stuurman). Van de schrale francs blijken we makkelijk te kunnen betalen. De gevolgen doen onze teleurstelling sterk verminderen. Dan horen we iets ongelofelijks: je krijgt ook een blik als je tweede of derde bent! Wist ik niet. In ieder geval moeten we snel naar de prijsuitreiking om de Engelsen te feliciteren. We kunnen ongeveer vijf man vinden om deze taak uit te voeren. We zijn inderdaad nog net op tijd om de Engelsen gedisciplineerd en keurig gekleed in witte blazers de trap af te zien dalen naar het ere-vlot. (Het peil van de rivier ligt ongeveer 5 meter lager dan de wal). Keurig opgesteld in de juiste volgorde. De Denen zijn ook compleet en staan netjes in de rij.

Dan zijn wij aan de beurt. Met z’n vijven stommelen we de trap af in vijf kleuren rood. Dan zien we Peter onze blikken alvast in ontvangst nemen. Hij vindt het zijn taak om te zorgen dat we onze (zeer kleine) blikjes zullen krijgen. Maar 9 doosjes is toch teveel voor de omvang van zijn handen. Dus helpen we oprapen. Netjes in een rij opgesteld staan lukt niet meer. Bovendien zou het maar een klein rijtje zijn waarvan niemand gelooft dat we met een dergelijk kleine bemanning in een acht zaten.

En dan komen we een plicht tegen die ons is geleerd door oud-leden. Een “premie” (geen “blik”) is Laga onwaardig en dient met een grote boog te water worden geworpen. Gevolgd door plassen op de plek van de van de tewaterlating. Dat plaatst je toch voor een dilemma.

 Ik heb ‘m stiekem in mijn zak gestopt.

Ons optreden: onvolledig de trap af, in veelkleurig beschadigd “rood” gekleed, deed de Roeibond besluiten dergelijke vertoningen niet meer toe te laten. Ik weet niet (meer) of er daarna “nationale” blazers in gebruik zijn gekomen. Vermoedelijk te duur.


Onrustige dagen

Door Kees Verweel | 5 juni 2021

Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de zesriemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.


Deze week stond in het teken van aftellen tot vandaag. Vandaag mogen we weer! Vele sloepen gingen afgelopen week alvast te water, nadat ze uit alle verborgen hoeken van schuren en tuinen tevoorschijn kwamen. Er werd eerst druk gepoetst en geschrobd om het vuil van vele maanden te verwijderen, en er werd op Facebook heel veel gedeeld over deze activiteiten. Het was dus erg onrustig afgelopen dagen, de roei(st)ers stonden allemaal ongeduldig te popelen om weer te mogen roeien! Een enkel team kon niet wachten en ging al een rondje doen. Onze sloep hebben we maandag te water gelaten, dus ik heb al een kilometertje geroeid om de sloep naar haar ligplaats te roeien. En dat voelde al erg goed!
Oké, we zaten maar met z’n tweetjes op de doften, maar toch… ik kan niet wachten tot morgenochtend 10:00 uur, want dan is onze 1e training van 2021! De dames mogen al een uurtje eerder. Lekker het Veerse Meer op, en de corona kilo’s er af roeien. De dagen erna weer ‘lekker’ spierpijn hebben, en weer eelt op de handen kweken. Machtig!

Herman Engbers – sloeproeier bij Hattem Roeit – trok afgelopen maand met zijn camera van Groningen en Delfzijl tot aan Vlissingen door het land en vereeuwigde 9 sloepen die verstopt in schuren en tuinen geduldig de lockdownperiode stonden af te wachten. De prachtige collage is een stille getuige van de 1e helft van sloeproeiseizoen 2021…

Foto’s Herman Engbers | www.hermanengbers.nl

Met een omweg

OProeien toen – aflevering 37
Tekst en tekeningen Jan Op | 2 juni 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Jan is op de EK van 1951 in Macon

Ik heb nog niets vermeld over de samenstelling van onze ”equipe”. Welnu:

  • Dames: Spaarne 8, De Hunze 4+, Nautilus 1x.
  • Heren: Laga 8 en 4-, Willem III 4+, Tromp 1x (Van Mesdag).

Uit mijn versleten geheugen: dit is de eerste keer dat dames deelnemen aan de EK. Even opgezocht: dat blijkt juist te zijn voor zover het EK betreft. Het “stijlroeien” is nog lang niet afgeschaft. Die “strijd” gaat over een “stijl”-volle haal en “stijl”-volle kleding. Als eerste aankomen is geen criterium.

De gebeurtenissen “op de wal” zijn naar mijn mening vermeldenswaard omdat het enig inzicht geeft in de roeiwereld van toen. Hoewel ik niet meer deelneem aan de roeiwereld van nu, vermoed ik dat de gebeurtenissen die ik hier beschrijf nu mogelijk ondenkbaar zijn. Wij waren echte amateurs en deden het roeien ”erbij” tijdens onze studie die eigenlijk voorrang diende te krijgen. Roeien was voor mij een apart vak. Als gevolg: met hakken over de sloot afgestudeerd.

Onze stuur is gevlucht na zijn ernstige misdragingen tijdens de training. Ook als wij in onze bedjes liggen nog geen spoor. Ja toch. Tevergeefs onhoorbaar en in het donker weet hij zijn plek te vinden. En dan is het even stil. Maar de horizontale houding is hem noodlottig. De inhoud van zijn maag komt met veel lawaai in zijn bedje terecht. Licht aan. Zijn buurlieden, Lex en ik, pakken het bed-met-volledige-inhoud op en deponeren dat op de gang. Licht uit. Licht aan. Henk van der Meer (Willem III en arts) blijkt ons handelen als gevaarlijk te beschouwen. Wij zien dat niet zo. Licht uit.

Terug naar roeien. Allereerst het verloop van de voorwedstrijden. Onze eerste voorwedstrijd is tegen Denemarken en Joegoslavië.

Stukje krant: De heats der achten waren buitengewoon spectaculair. Joegoslavië ligt op de 1000 m voor. Een boord-aan-boord race tussen Denemarken en Nederland volgde. Op de 1500 m wisten beide ploegen iets voor te komen. Een prachtige eindspurt van de Denen bracht hen op de eerste plaats, 5’52”94 (snelste tijd in de heats), wij 5’53”44, een verschil van een halve seconde of ongeveer een “tafje”. (Voor de niet-weters: het voorschip tussen puntje van de boot [boegbal bestaat nog niet] en de boegroeier. Voorheen was die ruimte afgedekt met doek dat met lak waterdicht werd gemaakt: “taf”. Maar makkelijk scheurde). Door de stroom mee: snelle tijden!!

In de herkansing tegen Spanje en Portugal. Afgang!  We verliezen met de op één na slechtste tijd (6’06”43) van Portugal (6’02”56). Dat hakt er wel in. Maar we worden toch nog toegelaten tot de halve finale.  Daarin roeien we weer tegen de Denen plus Frankrijk.

En weer winnen de Denen met 5’51”27 van ons (5’52”03), weer een paar meter (verd…). Ik heb dan altijd de gedachte: “als ik drie halen harder had getrokken…” We hebben de finale bereikt.

Lees volgende week verder!


Yes!!!

Door Kees Verweel | 29 mei 2021

Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de zesriemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.


Gisteravond 19:00 uur persconferentie. De nieuwe maatregelen waren zoals gebruikelijk allemaal al bekend en volop gedeeld op de radio en internet. Dus echt opletten deed ik niet, roeien zat er voorlopig toch nog niet in. Binnensporten zou weer worden toegestaan met grotere groepen, idem voor buitensporten in teamverband. Hoeveel buitensporten zijn er eigenlijk waar je in teamverband sport en 1,5 meter afstand van elkaar kunt waarborgen? Afijn, toch maar even de persconferentie volgen, al is het maar voor mijn wederhelft die een hondenschool heeft en al een jaar lang zeer beperkt is in de activiteiten. En bovendien de dure hal met binnenruimte heel lang niet en de laatste weken weer een klein beetje mag gebruiken.

Na de inleiding licht minister-president Rutte de algemene regels toe; thuis mogen we 4 mensen ontvangen, er komen verruimingen voor sport, horeca, kunst- en cultuursector. Groepsgrootten gaan fors omhoog, maar alles met inachtneming van de 1,5 meter. Dan zoomt Rutte in op de sectoren horeca en sport. Voor de horeca verruiming van de openingstijden en verruiming op het verbod van alcoholverkoop. Verplichte zitplaatsen en 1,5 meter afstand of kuchschermen. Rutte; “En dan een paar opmerkingen over de sportsector, uiteraard ook met ingang van zaterdag 5 juni. De maximale groepsgrootte voor sportbeoefening vanaf 18 jaar gaat ook naar 50 personen per locatie, binnen en buiten. Het belangrijkste daarbij is, denk ik, dat we ook voor mensen vanaf 18 jaar de anderhalve meter los gaan laten, als dat bij die sport niet anders kan. Dus bij teamsporten als voetbal en volleybal geldt vanaf zaterdag 5 juni de anderhalve meter tijdens het sporten niet meer als verplichting”…..

Huh?? Hoorde ik het goed?? Begrijp ik het goed? Snel appen met de andere bestuursleden! En ja, ook zij concluderen dat we weer mogen gaan roeien! Yes!! Ongeloof maakt plaats voor grote blijdschap, en op Facebook komen de eerste feestberichten van sloeproeiteams al voorbij. Snel een check gedaan op de site van de Rijksoverheid en vervolgens het waanzinnige nieuws op sloeproeienNL gezet. Het is bijna niet te geloven, maar over een week mogen we dan eindelijk weer roeien!! Facebook ontploft inmiddels, en we appen er onderling vrolijk op los. Ik heb de sloep maanden geleden ver weg ‘verstopt’, uit het zicht. Het werd te frustrerend om iedere ochtend tijdens m’n ontbijt de sloep werkeloos in de tuin te zien staan. Dus ik heb gisteren de Seelandia achter de auto gehaakt en klaargezet om dit weekend te schrobben en gereed te maken voor het Veerse Meer! Maandag gaan we haar tewaterlaten en dan zullen we nog bijna 5 dagen heel veel geduld moeten opbrengen…… ik kan niet wachten!! 😊

Stuurperikelen

OProeien toen – aflevering 36
Tekst en tekeningen Jan Op | 26 mei 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Jan is op de EK van 1951 in Macon

De “École” Is onze rust- en slaapplek. Onze voeding wordt verzorgd in een restaurant aan de boulevard langs de Saône. Geregeld door het Roeibondbestuur. Om de Nederlandse wensen te vertalen in het Frans, waarbij de culinaire opvattingen nogal verschillen, is een echte kluif. Na exotische gerechten van geringe omvang is vrede gesloten en krijgen we “trainingsvoedsel”. Dit geldt voor het diner. Het ontbijt is sober en de lunch licht. Na de lunch gaan we “rusten”! Een ongekend fenomeen. Dus strekken we ons uit op de bedjes van de ”Jeunes filles”. Hoewel het “strekken” nogal beperkt is voor de meesten. Echter, coach en “stuur” rusten uit achter een fles met heel goedkope “champagne”. Met het doel de volgende training vorm te geven.

En dan gebeurt er iets dat zeker in de herinnering van de hele bemanning een voorname plaats inneemt. (Ik kan het ze nu, na 70 jaren, op één bemanningslid na, niet meer vragen). We dalen geheel uitgerust af naar de baan. In de verkleed-tent klimt onze stuur(p..) op een bank en houdt een toespraak!! Dat is heel bijzonder want meestal doet hij alleen in de boot zijn mond achter de toeter open. Kennelijk heeft Jo bij het overleg instructies gegeven die tot dit verschijnsel leiden. Het komt erop neer dat we beter moeten luisteren en betere halen maken. Nog beter?

We varen buiten langs de baan naar de start.

De bochtige ondiepe oever noopt tot sturen. Echter op zeker moment zijn we tot maaimachine bevorderd. We varen dwars door een veld met biezen. Gelukkig staat er genoeg water. De vraagtekens onder onze schedels hopen zich op. En er komen er steeds meer bij. Door het ongebruikelijke enthousiasme waarmee Peter ons over het water jaagt. Teruggekeerd bij het vlot kunnen we op eigen initiatief voorkomen dat het vlot en onze boot zich innig verenigen. Dat we daarbij zeer luidkeels onze afkeuring uiten zal geen verbazing wekken. Peter springt uit de boot en verdwijnt uit het zicht voordat we hem kunnen vragen…

Aan het diner ontbreekt hij. Zorgelijk? Hij zal zich zeker niet geroepen voelen om zich in ons bijzijn te begeven.

Lees volgende week verder!

Ik ga de oceaan over roeien

Door Kees Verweel | 22 mei 2021

Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de zesriemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.


Terwijl ik geduldig wacht op de volgende stappen van het openingsplan, en ik jaloers toekijk hoe jeugdteams weer volop aan het sloeproeien zijn, moet ik het doen met de roeitrainer. Door de herfstdagen van afgelopen tijd zit een kajaktocht er helaas ook nauwelijks in, het is even niet anders.

Tijd voor een update over onze Atlantische avontuur in 2023. Onze stichting ‘Atlantic Sixties’ is een feit, via de stichting gaan straks de forse geldstromen lopen. Want een oceaan oversteken kost heel veel geld! Komende weken leggen we de laatste hand aan onze brochure en dan is het tijd om potentiële sponsors te gaan benaderen, en dat is best spannend! We gaan binnenkort een dag proefroeien op de Noordzee, want we zijn tot nu toe alleen roeisloepen gewend en zijn erg nieuwsgierig hoe een oceaanboot roeit! Ik heb inmiddels een flinke stapel boeken over oceaanoversteken en lees me gretig door alle avonturen heen. Oké, bij diverse passages denk ik ‘waar begin ik aan?’, maar mijn conclusie is dat de drang naar de oceaan alleen maar groeit door het lezen van die prachtige verhalen. Komende weken nemen we ons besluit over onze boot. Nieuwbouw, gebruikt of huren? Opties genoeg, met alle voor- en nadelen die er bij horen. De markt voor gebruikt is overigens niet heel erg groot, en de vraag groeit fors. De inschrijvingen voor de The World’s Toughest Row  stromen binnen.

Er staan inmiddels op de TWAC site 26 teams ingeschreven voor 2023, en van 3 andere teams weten we dat ze ook aan deze editie mee gaan doen. Er kunnen nog een kleine 10 teams bij en dan is deze editie helemaal volgeboekt. Voor 2024 staan inmiddels al 5 teams ingeschreven! Oceaanroeien zit in de lift, dat is wel duidelijk. Ook het aandeel Nederlandse teams groeit gestaag en verder valt op dat er steeds meer damesteams meedoen. Zo zijn wij in 2023 inmiddels in goed gezelschap van 3 andere Nederlandse teams, allemaal dames. Mel Essens ‘Hands Atlantic’ roeit solo mee. Ilse Schuurman, Ingrid Voorn, Margot Vries en Marije van de Bor ‘Blue Atlantics’ roeien mee in een ‘fours’. En ook  Anique van Walsum, Jolande Zijlstra, Brenda Franken en Pauline Hogetoorn ‘The Marlin Monroes’ roeien de TWAC2023 in een ‘fours’. Bijna iedereen van deze deelnemers heeft een sloeproei-achtergrond. Dit jaar doen overigens ook twee Nederlandse teams mee. De drie dames van ‘Row for Impact’ en twee heren van ‘Team Migaloo’ vertrekken in december voor hun TWAC2021 race. Ralph Tuijn heeft er dit jaar al een oversteek opzitten en vertrekt later dit jaar voor zijn tweede oversteek in 2021. In 2022 roeit ‘Nedurance’ de TWAC2022 en steken vier Rotterdammers ‘You Never Roeit Alone’ over van New York naar Rotterdam! De Wall of Fame van Nederlandse oceaanroeiers zal dus flink groeien komende jaren! Er zijn plannen om alle kennis en ervaringen van de Nederlandse deelnemers te gaan bundelen, om zo een kennisplatform te bieden voor toekomstige deelnemers. Ik hou u op de hoogte!

Eerst de NK, en dan de EK 1951 in Macon

OProeien toen – 35

Door Jan Op | 19 mei 2021

Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.


Terug naar het roeien in 1951. De Acht op weg naar de NK. Door Jo zijn we na zijn aanvankelijke “nonchalante” aanpak zijn we weer op het rechte pad terug. Onze “kak” is vrijwel verdwenen, we kunnen enige tijd zonder druk lekker varen. En daar zijn snelle stukjes bij. Jo houdt ons bij de les.

Onze enige tegenstander is Nereus (acht de rest ons onoverwinnelijk?). Enige dagen voor de wedstrijd is een lid van de bemanning ziek. Bij Aegir wordt een invaller gevonden. In de krant staat: Laga had het moeilijk met versterkt Nereus. Sterker met één man uit het hoge Noorden! Voor hen die zijn gesteld op volledige informatie: dit zijn de ploegen:

Opmerkelijk is inderdaad dat we voor de tweede helft 20 seconden meer nodig hebben. (Een ander opmerkelijk feit is dat Aad lijkt te weten dat Laga een godin is. Hij weet vast niet dat ze drie(!) borsten heeft). In afwachting van de prijsuitreiking op de tribune(!) heeft de menigte zich alvast opgesteld op het grasveld ervoor.

We zijn goedgekeurd voor de EK in Macon (Fr). Samen met de vier-zonder (Laga) en de vier-met van WIII. En dames: de acht van Het Spaarne, de vier-met van de Hunze en de skiffeuse van Nautilus.


Naar de EK

Op weg naar de EK in Macon reizen we per trein. De wagons zijn verdeeld in “coupés“ en hebben ieder aan de instap-kant een “gewone” deur. Dus geen onderlinge verbinding. Het gezelschap stapt in. Ik weet niet meer hoeveel mensen in een coupé gaan. In ieder geval kleine groepjes van 10 tot 12 personen. Dus een mengsel van ploegen; een uitstekende manier om elkaar te leren kennen.

Een mooie gelegenheid om de “Code des Courses” te bestuderen. Vertaald uit het Frans, toen nog de officiële taal van de F(édération) I(nternationale) des S(ociétés) (d’)A(viron). Het starten is ook in ’t Frans. Onderaan staat :

DE VOLLEDIGE PLOEG MOET DUS DE WEDSTRIJD UITROEIEN (Het is voorgekomen dat een riem brak en de eigenaar te water ging om het gewicht in de boot te verminderen)

Ik kan van deze reis noch in mijn documenten noch in mijn geheugen iets terugvinden. Zoals In Parijs lunchen en van de Gare du Nord naar ’t Gare de Lyon (per bus?). Wat wel indruk heeft gemaakt is de aankomst bij ons tijdelijke verblijf: “School voor meisjes”.

Maar die waren er niet, vacantie. Wij, de mannen, kregen een gigantisch grote slaapzaal toegewezen (onze afvaardiging is ook groot). Daar staan aan beide zijden bedden. De dames (natuurlijk) ergens anders in de school. Wat mij wel is bijgebleven is dat de weg naar de baan (op de Saône) naar beneden gaat. Na het roeien naar boven lopen is een vermoeiende oefening na vermoeiende training. Natuurlijk tweemaal per dag. Overigens is het transport van de boten ook een witte vlek in mijn al jaren overvolle (roei-)geheugen.

Een stukje krant: “De acht van Laga weet de boot onberispelijk aan de gang te houden. Bij de boten die zo perfect doorlopen moet men gewoonlijk de winnaar zoeken. Bij de Delftenaren kan de zuiverheid van het waterwerk en de gelijkheid binnenboord nog wel iets beter maar de haal is eenvoudig formidabel.

We lezen dit natuurlijk pas toen we terug waren in Delft. Met de kennis van de uitslag.

Lees volgende week verder!