Door Feike Tibben | 19 maart 2021
Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Lees alle bijdragen van Feike hier.
Vorige week schreef ik aan het slot van mijn bijdrage: ‘Het lijkt er op dat verenigingen die actief zijn, die het verenigingsleven levend houden, die beseffen dat een sportvereniging meer is dan een botenuitleenbedrijf, succesvoller zijn in het vasthouden van leden en zelfs in slechte tijden weten te groeien.’
Natuurlijk was dat een wat uitdagende oproep aan verenigingsbestuurders om sporters activiteiten te bieden en actief leden te verenigen en géén beschuldiging ‘eigen schuld, dikke bult’ in de richting van verenigingen die ondanks alle inzet toch hun ledental niet vast weten te houden.
Maar in essentie ging die passage over: wat voor vereniging wil je zijn? Wil je als vereniging vooral sportmiddelen bieden, of goede training, of vooral er zijn om gezelligheid te faciliteren, of… noem het maar. Wat voor vereniging we willen zijn en hoe we ons tot elkaar verhouden, hoe vaak hebben we het daar over in de vereniging of de bond? Veel te weinig toch. Vaak hebben we het over regels, geld, taken, gedoe.
Natuurlijk trap ik ook in die val en is ook mijn week gevuld met regels, geld, taken en gedoe. Fijn is het dat iemand je dan weer eens spiegel voorhoudt. Ik kreeg een mail van Belia van roeivereniging i.o. RV Harder in Harderwijk. Dit coastal initiatief met de jaloersmakende naam is vorig jaar midden in de coronacrisis ontstaan. Het uitdagende van zo’n nieuwe vereniging is dat je helemaal van nul bouwt aan de vereniging. Dat pakken ze goed aan. Belia: ‘In oktober hebben we een schets gemaakt van het soort vereniging dat we willen zijn. Qua cultuur, zeg maar. Kernbegrip daarin is dat we een open vereniging zijn.‘ In hun geval betekent dit dat onder andere wordt nagedacht over andere vormen van ledenbinding dan een klassiek lidmaatschap. Leuk en helemaal van deze tijd. Het dwingt ons als KNRB tot meedenken: hoe ver willen we en kunnen we hierin meegaan. Dat lijkt een juridisch kwestie, maar gaat natuurlijk over cultuur: hoe open willen we als roeigemeenschap zijn? Dutch Coastal Rowing is vorig jaar toegetreden tot de KNRB met een voor ons helemaal nieuw ledenconcept. RV Harder zet nog weer stapjes naar een open roeicultuur.
Natuurlijk blijft het niet bij die ene kwestie. Belia vervolgt: ‘By the way: Zo’n cultuurschets staat in geen enkel handboek voor oprichting. Maar als je bedenkt dat je met structuren min of meer bepaalt wat voor cultuur je zaait, verdient het aanbeveling vanuit de gewenste cultuur te denken. Het heeft vette gevolgen voor hoe je zaken regelt in statuten en HR.’
Oef… Helemaal gelijk natuurlijk. En wij waren nog wel zo trots dat we een compleet gereviseerd handboek nieuwe verenigingen hadden gemaakt dat in onze ogen meer dan compleet was en bijvoorbeeld aangevuld met praktijkervaringen van zeven recent opgerichte verenigingen..
Ik kijk nog even terug op dat oude filmpje van Berend Rubbingh ‘back to basics’ Niets aan waarde ingeboet.
Een oude managementwijsheid luidt: ‘the urgent drives out the important’. In het dagelijks gedrang komen belangrijke zaken als verenigings- of sportcultuur te vaak tussen wal en schip en voor je het weet is de week gevuld met regels, geld, taken en gedoe. Ik kijk back tot basics en besef dat ik maar al te vaak de essentie van het zijn van een sportvereniging vergeet: een gemeenschap zijn en samen iets voor elkaar krijgen wat in je eentje niet lukt. Dank voor deze spiegel. ‘Verenigen’ is een werkwoord.