Trekkers. Trackers.

Of hoe een gesprek kan ontsporen…

Door Feike Tibben | 24 juli 2020

Afgelopen week had ik een gesprek waarbij het onderwerp kwam op de inzet van trekkers bij de roeisport. ‘Ik snap werkelijk niet wat trekkers nu voor meerwaarde kunnen bieden’, klonk aan de andere kant van de lijn, ‘dat hebben we toch niet nodig, dat is onze doelgroep niet en bovendien te lomp, te groot en te langzaam. Ik vind het ook niet passen in de stad. Geloof me daar krijgen we alleen maar gedoe van…etc.’.

En terwijl ik stevig van leer trok om hem te overtuigen besefte ik hoe we langs elkaar heen praatten.
Mijn gesprekspartner, wonend buiten de bebouwde kom en duidelijk met de actuele opwinding in de agrarische wereld in zijn hoofd, zag bij het woord trekkers ronkende tractoren en ander groot materieel bezwaailicht en wel demonstratief toeterend onze achten begeleiden langs de Amstel of Bosbaan, (wel een mooi beeld overigens!), een stevig oproer veroorzakend.

Nee, die trekkers bedoelde ik niet. Dat soort tractoren hoort toch meer bij schaatsen (dat blijft toch knap hoe onze collega’s zorgvuldig het beeld cultiveren van polderjongens en -meisjes die zo vanachter de koeien het ijs opstappen, de wereld aan gort schaatsen en dan stoïcijns op het eigen erf doorgaan met waar ze gebleven waren.) Die trekkers dus niet.

‘Ik bedoel trackers van track & trace’, antwoordde ik toen me de misvatting langzaam duidelijk werd. ‘Na de zomer gaan we bij een paar coastalwedstrijden testen wat de meerwaarde kan zijn van trackers, een simpel kastje in iedere boot dat aangeeft wat de positie is.’ Een zucht van verlichting klonk. Bij coastalwedstrijden op open water is het lastig de wedstrijd mee te maken. De boten worden al gauw stipjes en zelfs met verrekijkers wordt het vanaf de kant soms gokken wie zich waar bevindt in het veld. Net als bij zeilen is het een uitdaging om het walpubliek te laten meebeleven met de spanning op het water.

Onze sloeproeicollega’s hebben een mooi en betrouwbaar trackingsysteem ontwikkeld: sloepvolgen.nl waarbij ze de posities van boten continu in beeld hebben. Goed voor de veiligheid, handig voor de jury, maar vooral aantrekkelijk voor publiek. Dankzij goede contacten met hen gaan we dit voor het coastal roeien testen. Het eerste weekend in september in Rotterdam nog met een basic pakket, later in Muiden hopelijk ook gekoppeld aan camera’s, beeldschermen op de wal en misschien zelfs de gelegenheid om de wedstrijd coronaproof live te volgen vanuit je luie stoel thuis.

Ik droom weg. Hoe gaaf zou het zijn als je als kijker nog dichter op de roeiers kunt komen, dat je via camera’s aan boord de echte inspanning van iedere roeier ziet, dat je door meetgegevens nog nauwkeuriger ziet hoeveel vermogen wordt geleverd, leest hoe hoog de hartslagen zijn en hoe de actuele bootsnelheid is. Dat je op het puntje van je stoel, met elkaar in de clinch gaat liggen wie gaat winnen: ‘A want die gaat sneller’, ‘nee joh, B, want er moeten nog twee bochten en hun stuurman heeft meer bootgevoel’. Dat je terwijl je live kijkt, terwijl de wedstrijd aan de gang is, al virtuele klassementen kunt zien. Dat je…  afijn jullie snappen: ik zie kansen.

Ergens in Nederland wordt nu een groepje bêta-studenten wakker en gaat die droom waarmaken. Let maar op. Die sloepvolger zou wel eens een echte trekker kunnen worden.


Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Zit in z’n derde sportleven, na atletiek en wielrennen. Roeide eerst bij Hemus in Amersfoort, nu bij ‘t Diep in Steenwijk. Praat meer over sport dan dat ie zelf op het water is.

Lees alle bijdragen van Feike hier.