De een roeit de oceaan over, de ander roeit 6000 kilometer in een jaar op zijn eigen vertrouwde roeiwater. De 33-jarige Peter Florijn deed dat. Florijn begon zijn roeicarrière toen hij studeerde bij Okeanos en roeit sinds 2016 bij RV Weesp.
Hij had zich in januari 2020 voorgenomen om in een jaar 6000 km te roeien. De lockdown maakte het begrijpelijkerwijs wat lastiger want de boel ging twee maanden dicht, dus hij had precies de 300 benodigde dagen beschikbaar bij zijn daggemiddelde van ongeveer 20 kilometer. Hij roeide om dezelfde reden alles in de skiff.
Maar hij roeide ijzerenheinig door op de Vecht en maakte op 30 december die grote afstand vol. Zijn ploeggenoten spoedden zich naar het vlot en hingen hem een lauwerkrans om en drukten hem een bekeer in de handen.
Zo zie je maar, je hoeft niet ver weg te gaan om ver te roeien.
Slats en Wiedmer winnen Talisker Atlantic Challenge
Met de steun van een flinke passaatwind hebben Mark Slats en Kai Wiedmer hun laatste zeemijlen van de Talisker Atlantic Challenge snel afgelegd en zijn als eerste gefinisht na 32 dagen 18 uur en 13 minuten roeien. Bekijk de finish hier.
De nummer twee, een Engelse ploeg, wordt over drie dagen verwacht.
Twee andere Nederlandse teams zijn nog onderweg. De Atlantic Dutchesses zijn de snelste dames en ze worden volgende week zaterdag verwacht. De Dutchesses of the Sea komen rond half februari binnen.
Nieuwjaar: roei-instructie in plaats van familiebezoek
Tekst en foto Lex van Emden, Uithoornse Roei- en Kanovereniging Michiel de Ruyter
In een normale kerstvakantie zijn veel jongeren bezig met de feestdagen. Ze worden dan opgeslokt door het familieleven. Ze denken dan niet aan school en ook niet aan sport.
Deze keer ging dat anders, want door de coronacrisis konden veel gezellige (familie)uitjes niet doorgaan. Ook het afsteken van vuurwerk werd door de regering verboden. De jeugdinstructeurs bij Michiel de Ruyter besloten om op zaterdag 2 januari 2021 toch instructie te geven aan jeugdleden van onder de 18 jaar. Normaal doen ze dat niet op die datum vanwege al dat gefeest maar nu wel omdat veel jongeren met hun ziel onder de arm liepen. In de visie van de jeugdinstructeurs is het beter afleiding te bieden dan dat jongeren kattenkwaad uithalen.
Het was mistig op 2 januari en eigenlijk twijfelachtig of er wel geroeid mocht worden, want met te veel mist mag er niet geroeid worden. Het was vrij koud, maar daar heeft de instructeur die langs de kant meefietste, meer last van dan de roeiers. De roeiers hadden er echt zin in, ze deden zichtbaar hun best. Met name Julian Croes, in een skiff, maakte erg mooie halen. Dat gaat wat beloven voor het komende roeiseizoen, als we verlost zijn van de coronacrisis. Met een tevreden gevoel zaten de instructeurs na afloop thuis, net als de jeugdige roeiers.
Waarin Jan een Bosbaanrecord roeit
OProeien toen – 22
Door Jan Op | 12 januari 2021
Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.
Een van de journalisten heeft de euvele moed om onze Jonge Vier (terecht?) een ‘opvallend effectief roeiende ploeg’ te noemen. Waarbij een van de bemanningsleden de ‘crack’ wordt genoemd. Hij blijkt daar nogal trots op te zijn en laat dat ook duidelijk blijken. Enige bescheidenheid en het noemen van de medewerking van zijn ploeg zou op zijn plaats zijn. Dus moet hij uit zijn wolk terug op Aarde worden gehaald.
Het toeval wil dat hij terug in Delft over een paar splinternieuwe gympies blijkt te beschikken, een luxe die menigeen moet ontberen. En zijn gedrag wordt daardoor nog meer de ploeg onwaardig. De ploeggeest komt behoorlijk onder druk te staan. Om deze enigszins te herstellen zijn drastische maatregelen gewenst. Als hij even afwezig is haal ik snel een pot menie uit de werkplaats. Met duidelijke letters laten wij de wereld kennis maken met onze bijzondere ploeggenoot. Hij blijkt de eervolle beschildering niet te waarderen.
…is de volgende wedstrijd. In de acht. Op de Bosbaan. Onze enige tegenstander is Nereus. Njord laat lopen om voor Henley te trainen. De start is opnieuw op de rand van afkeuring. De kleine voorsprong die dit oplevert is altijd meegenomen. Plus het effect op de tegenstander. We blijven Nereus voor maar we hebben er wel alles dat in ons zit voor nodig. Eigenlijk dankzij Nereus halen wij de finish in (Bosbaan-)recordtijd. 6.04. Dat record heeft het vele jaren volgehouden.
In de krant: …1000 meter was Laga 1 meter(!) voor. Beide ploegen sloegen daar 33… Maar toen Laga het tempo verhoogde naar 34… Dat waren nog eens tijden (en tempo’s). Als we tegen een huidige acht zouden varen verliezen we met tien lengten.
We roeien niet meer in de vieren. Alle concentratie gaat uit naar het komende Lagalustrum waar de Oude Acht het hoofdnummer is. De bijbehorende beker hoort in onze prijzenkast thuis.
Global Coastal Rowing Calendar op www.peacepigeon.org
De in 2011 naar Denemarken geëmigreerde Nederlander Mark van Herk is gegrepen door coastal roeien, en introduceert zijn ‘Global Coastal Rowing Calendar’. Dat kwam zo, laat Mark weten.
“Coastal rowing was een discipline in ontwikkeling. En deze mogelijkheid heb ik met beide handen aangegrepen. Ik merkte, dat als je meedeed aan de Deense kwalificatie, dan kon je meedoen aan het WK coastal rowing in Monaco dat jaar. Zo gezegd zo gedaan, ik ging oefenen in onze single coastal. Mijn strategie was om goed te zijn om terug in de boot te klimmen als ik overboord zou slaan. Dat werkte goed voor mij, omdat ik moest wel twee keer in de boot klimmen tijdens het Deense kampioenschap.
En zo kwam het dat ik Prins Albert ontmoette. Hij groette mij en gaf me een hand. Pas later realiseerde ik me dat hij dat misschien deed uit empathie, want ik finishte immers als laatste, maar ik was al lang blij dat ik niet in het water was gevallen op de live televisieuitzending. Ik verloor wel even de riem uit mijn hand, live op TV, maar gelukkig greep ik snel terug. Coastal rowing is en blijft spektakel.
Tijdens de regatta in Monaco kwam ik twee roeisters tegen uit de USA, die hadden een jaar vrij genomen en hadden om in zoveel mogelijk regatta’s in Europa te starten.
Toen kreeg ik het idee een internationale kalender te maken voor coastal rowing. Coastal rowing is een zeer internationaal milieu, waarbij de deelnemers uit verschillende landen elkaar ontmoeten bij de internationale races. Maar ieder jaar zat ik zelf uit te vogelen waar, wat werd gehouden. Zelfs een goed en tijdig overzicht van de Deense coastal regatta’s ontbrak. Het idee was geboren, en als het idee goed is, dan gaat het zijn eigen leven leiden met een vliegende start, omdat er ook daadwerkelijk behoefte is. Het is gratis, het is voor de bevordering en ontwikkeling van coastal rowing, nationaal en internationaal. Dus, heb je coastal plannen, in binnen of buitenland, plan je seizoen met behulp van de kalender.”
Je vindt de kalender op www.peacepigeon.org. Iedereen kan evenementen toevoegen.
Dilemma’s
Door Kees Verweel | 9 januari 2021
Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de 6-riemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.
Wat een prachtige winterdag vandaag. Windstil, alles mooi wit bevroren, een heerlijke dag om te gaan sloeproeien! Was het maar waar. Vorig jaar om deze tijd trainden we 2-3 x per week, en nu moeten we geduldig afwachten tot we weer mogen en kunnen trainen. De Seelandia ligt er vredig bij, onder een prachtig laagje rijp, maar ligt inmiddels alweer bijna 3 maanden op de verkeerde plek… ☹
De laatste weken voelen vreemd. Enerzijds betrokken bij allerlei (sloep)roeizaken via de mail en zoommeetings, en ondertussen geen meter roeien. Het seizoen lijkt ook niet echt op te starten zo. Normaal gesproken ben je als sloeproeier druk met het laatste winteronderhoud om daarna zo snel mogelijk te water te gaan, of train je ’s winters door. En nu weet je dat de sloep nog lang niet te water kan.
Zelfs het gevoel van ongeduld is verdwenen. We wachten rustig af. Wat moet dat straks gaaf zijn, als we eindelijk weer zij aan zij de riemen door het water laten glijden! En wat zal het vreemd zijn om straks (2022?) weer een feestje te vieren in een feesttent met honderden andere roei(st)ers. Maar ondertussen mis ik het roeien gigantisch, en zoeken mijn gedachten naar alternatieven.
Met de kajak die ik tijdens de eerst lockdown heb aangeschaft kan ik in ieder geval het water op, maar peddelen is toch echt niet te vergelijken met de roeislag van een sloep. Een andere mooie solo-oplossing is wellicht een éénpersoons coastal boat! Oké, ook deze slag is echt anders dan een sloeproeislag, maar heeft er meer overeenkomsten mee dan de peddelslag. En met de Oosterschelde naast de deur is dit wellicht een prachtig alternatief! Dilemma’s dus. Ik wik en weeg nog even verder, en ga eens op zoek naar de mogelijkheid om ergens een proefvaart te maken.
Vorige week schreef ik over de Talisker Whisky Atlantic Challenge. Wat een prachtige en spannende strijd is dat! En wat doen ‘wij’ het goed! De twee heren van Row4Cancer finishen zo goed als zeker voor volgend weekend, en de Atlantic Dutchesses blijven knokken voor de zesde plek overall, prachtig! Hun eerste plek in het damesklassement hebben ze heel stevig in handen. De Dutchess of the Sea blijven keurig hun positie halverwege het veld verdedigen. Afgelopen week waren er binnen 24 uur bij 2 boten bizarre incidenten. Zowel bij de Latitude 35 als de Generation Gap boorde een zwaard van een marlijn zo’n 30 cm dwars door de sterke huid van de boot! Bizar!! Wij proberen met de sloep de oesterbanken te mijden, zodat we de antifouling niet beschadigen… ? Je schrikt je toch een slag in de rondte als er ineens een marlijn aanvalt en zich dwars door je boot spiest. In de Latitude 35 kwam het zwaard vlak naast een been van een slapende roeier omhoog. En dan de koelbloedigheid van beide teams. Ze hebben de schade gerepareerd en de roeitocht hervat, wat een helden!
Sportverenigingen: de kiloknallers van 2021
Door Feike Tibben | 8 januari 2021
Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Lees alle bijdragen van Feike hier.
‘We zijn in de coronatijd met z’n allen 50.000.000 kilo zwaarder geworden’ wierp NOC*NSF-voorzitter Anneke van Zanen koning Willem-Alexander, medio december op bezoek bij Willem III, voor de voeten, ‘en dat komt doordat we met al die lockdowns te weinig bewegen’. Met een ‘we zitten teveel en bewegen te weinig’, probeerde ze hem oog te laten krijgen voor de keerzijde van de coronamaatregelen.
50 miljoen kilo, en de kerst moest toen nog komen… pff.
Los van de vraag hoe Anneke aan dat monsterlijke getal komt (houdt de sportkoepel dat stiekem bij, hoe dan? wie dan?), die 50.000.000 kilo, dat is bijna 3 kilo per persoon, of 581.395.349 magnum-ijsjes, 10 keer meer dan er jaarlijks verkocht worden. Unilever smult.
Met die 50 miljoen kilo is trouwens wat raars aan de hand. Nog in 2016 werd opgeroepen dat we met z’n allen ditzelfde aantal kilo’s moesten afvallen om van obesitas af te komen. Geen idee of dat gelukt is of dat we nu voor een dubbele uitdaging staan.
50 miljoen is ook het aantal kilo’s rundvlees dat een paar jaar geleden werd teruggeroepen, en precies de hoeveelheid kippenvlees die Oekraïne in 2019 extra mag exporteren.
Gevoelsmatig hebben al deze getallen wat met elkaar te maken.
Maar goed, even terug naar het onderwerp: we hebben komend jaar dus een stuk of 50 miljoen uitdagingen om af te komen van de stilzitkilo’s en Nederland weer in beweging te krijgen. Hier ligt een mooie kans voor onze sport, voor onze verenigingen. Want ja, in 2021 zal de sport – langzaam – weer open gaan. En misschien dat verenigingen daarbij de neiging hebben om eerst de focus leggen op de vertrouwde leden, ‘eigen roeiers eerst’. Begrijpelijk. Het is fijn als we weer mogen sporten, het is fijn elkaar weer te zien, maar het zou jammer zijn ons tot eigen leden te beperken. Als geen ander zijn verenigingen in staat om mensen langere tijd te binden en dus écht in beweging te houden.
Linda Ooms heeft onderzocht hoe sportstimuleringsprogramma’s daarbij kunnen helpen. Zo’n sportstimuleringsprogramma is een kort traject waarbij mensen nog niet gelijk lid hoeven te worden en zich moeten voegen naar de mores en sores van een vereniging maar een gericht programma krijgen van een paar weken. Denk aan start2bike, Run 2befit of zo’n drieweeks programma om je klaar te stomen voor een cityswim. Ze geeft zes ingrediënten voor een succesvol programma:
- Bied een laag instapniveau.
- Maak een stapsgewijze opbouw.
- Zorg voor persoonlijke aandacht van kundige en betrokken trainers.
- Sport in groepsverband. Dit geeft sociale steun om te beginnen én om het vol te houden.
- Bied vervolgactiviteiten. Laat deelnemers na afloop van het sportprogramma bijvoorbeeld doorstromen naar een beginnersgroep.
- Hanteer lage deelnamekosten. Gebrek aan geld moet geen barrière zijn om mee te doen.
Die zes puntjes zijn natuurlijk appeltje-eitje voor onze 122 verenigingen. Hier ligt een fantastische kans. Veel mensen zullen dit jaar op zoek gaan naar nieuwe mogelijkheden, nieuwe sporten. Veel mensen hebben vorig jaar al de ruimte op het water ontdekt, laten we hen die ruimte geven. Het roeicongres heeft als thema Veerkracht en dat is niet voor niets. Komend jaar veren we weer op. Komend jaar gooien we de deuren open.
2020 was het jaar van Covid.
2021 wordt ’t jaar van ‘Go Fit’
en sportverenigingen worden de kiloknallers van 2021.
1951: Varsity en Hollandia
OProeien toen – 21
Door Jan Op | 5 januari 2021
Ik, Jan Op den Velde, 89 jaar, roeide voor Laga in de periode 1950-1954. De omstandigheden uit die jaren schets ik graag.
Vanaf OProeien toen – 1 is het een doorlopend verhaal. Via deze link vind je ze allemaal.
Varsity
Wij, de Jonge Vier, liggen aan de start van de Varsity van 1951. Ik op slag. Bij het starten heb ik nu goed opgelet. Bij de A van “AF” gaan we ervandoor. Blijkbaar nog binnen de tolerantie van de starter (geen Laganees). Het is lekker weer en de boot loopt ook lekker. Al snel liggen we lekker voor. En we winnen zeer ruim. Een opsteker voor de Oude Vier?
Deze foto laat zien dat mijn maten achter mij de haal nog keurig afmaken terwijl ik bij de toeter het laat afweten en enigszins vermoeid al laat lopen.
De vader van de 3 heeft een vriend met een boot zo ver gekregen om bij de Varsity af te meren. Wij klimmen aan boord en aanschouwen de rest van de wedstrijden onder het genot van… De Oude Vier redt het niet om eerste te worden.
Hollandia
De wedstrijd in de toen gebruikelijke jaarlijkse volgorde. We hebben weer in de 8 getraind, maar ook beide vieren zijn gehandhaafd. Dubbel trainen. Maar ook examens moeten worden gehaald. De 4B is vrijdagavond aan de beurt in een heat. Daarin kwalificeren we ons voor de finale morgen. Daarin hebben we wat moeite om Njord achter ons te houden. Bij het naderen van de finish krijgen we echter een extra stimulans: de stuur van Njord roept: “10 harde voor Sylvia”. Wie roept een m… erbij om te winnen?
De Oude Vier heeft tegenslag. De boeg moet het bijna opgeven. Hij heeft al enige tijd last van iets in zijn ingewanden en heeft de coach daarvan niet op de hoogte gesteld. In de Oude 8 wordt hij vervangen door de boeg van de Jonge 8. In het hotel/restaurant ’s Molenaarsbrug bij de finish is een kamer gehuurd. Daar rusten de beide vieren tot het hoofdnummer als laatste aan de beurt is.
De veelvuldige winnaar van wedstrijden Njord kan ons deze keer niet bijhouden en moet zelfs Nereus voor laten gaan. Maar ook die houden we achter ons. Dus blik. Zelfs twee!! Nu oppassen dat ik niet bekakt word.
Hotspot Zeeland
Door Kees Verweel | 2 januari 2021
Kees Verweel (1963), actief sloeproeier sinds 1980. Woont met Silke aan de Oosterschelde in Kattendijke (Zeeland). Drie volwassen kinderen. Initiator en beheerder van www.sloeproeien.nl. Bij diverse verenigingen geroeid, eind 2019 medeoprichter van de nieuwe club Sloeproeien Zeeland waar we in de 6-riemer Seelandia roeien. Lees alle bijdragen van Kees Verweel hier.
Allereerst via deze weg voor alle lezers een mooi, sportief en gezond 2021 toegewenst!
Dat vreemde jaar 2020 is afgesloten, en 2021 zal sowieso nog vreemd opstarten. Zo staat over 4 weken de FSN ALV gepland, en die zal online moeten, een uitdaging met enkele honderden deelnemers. Sloeproeien zit er helaas nog even niet in, eerst zullen we weer met een grotere groep binnen 1,5 meter afstand van elkaar moeten kunnen trainen. Normaal gesproken start het seizoen in april, ik ben benieuwd waar we dan staan.
De sloeproeikalender 2021 is tot aan de nok gevuld. Gelukkig start volgende week het covid vaccinatieprogramma dus er gloort licht aan de horizon! Ik kan niet wachten, want er komen mooie events aan, zeker in onze regio Zeeland. Zo staat van 7-10 mei aanstaande het Junioren Coastal Kamp gepland aan het Veerse Meer. Ik was betrokken bij het zoeken naar een goede locatie, en vanuit dit contact ontstond het idee om tijdens het coastal weekend met de roeisloep Mytilus een aantal sloeproei-clinics te gaan verzorgen. Leuke afwisseling voor de deelnemers, en gaaf als verschillende roeidisciplines elkaar ontmoeten op het water. We zijn dus present met een sloep, een aantal stuurlieden en wat roei(st)ers.
Later dit jaar – op 18 september – gaan we op hetzelfde Veerse Meer alsnog onze 20e editie van de Veerse Meer Sloepenrace organiseren. Het schrappen van de editie 2020 viel zwaar, maar we willen dit lustrum goed vieren, wat afgelopen jaar niet mogelijk was.
En we kijken ook al uit naar 2022, want dan staat van 27 juni tot 2 juli het wereldkampioenschap St Ayles skiff roeien gepland. Zo’n 1.000 tot 1.500 deelnemers uit alle delen van de wereld komen dan een week lang op het Veerse Meer strijden, hoe gaaf is dat! De organisatie van de Veerse Meer Race is gastheer en medeorganisator, en gaat samen met de organisatie van Skiffie Worlds 2022 een prachtig event neerzetten. En uiteraard kunnen de St Ayles skiffs ook inschrijven voor de Veerse Meer Sloepenrace 2021, zodat ze alvast het roeiwater kunnen verkennen. En last but not least, ik hoop dat we tussen deze events door weer volle bak drie keer per week met onze Seelandia op het Veerse Meer onze trainingsronden kunnen doen. En eindelijk onze 1e wedstrijden kunnen gaan roeien. Genoeg om naar uit te kijken dus!
Maar we moeten nog even geduld hebben, dus ik heb nu volop tijd om dagelijks de prestaties van onze Nederlandse deelnemers aan de Talisker Whisky Atlantic Challenge te volgen. Deze editie is ongekend spannend, want het weer heeft regelmatig grote invloed op het klassement. De twee heren van Row4Cancer voeren vanaf dag 1 het veld met overmacht aan, en zijn nu – 3 weken na de start – inmiddels op 2/3 van het traject van bijna 5.000 km roeien! Het gaat erom spannen of ze een nieuw record gaan roeien. Ze finishen ergens half januari.
En dan de Atlantic Dutchesses. Deze oranje leeuwinnen voeren met overmacht het damesklassement aan, en liggen al dagen in een felle strijd verwikkeld met de heren van For a Fitter Planet. Vorige week lagen ze op slechts één zeemijl afstand van elkaar. Ze vechten al weken om de 6e plek overall, alleen hiervoor al check ik met grote regelmaat de Yellow Brick tracking pagina. Hun challenge zit er eind januari / begin februari op.
De Dutchess of the Sea tenslotte liggen keurig in het middenveld op de 12e plek overall, en finishen waarschijnlijk half februari. Wat een machtige prestaties worden er geleverd daar op de oceaan.
Coastal roeien, St Ayles skiff roeien, Sloeproeien, oceaanroeien… het komt allemaal weer samen in één artikel. Laten we er samen een prachtig 2021 van maken!
De echte verandering V: dudes & rockers
Een serietje over licht en coastal
Door Feike Tibben | 1 januari 2021
Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Lees alle bijdragen van Feike hier.
Dat coastalroeien meer is dan een leuk opstapdingetje voor de junioren of meer is dan een overstapkans voor lichte roeiers, meer is dan de enige mogelijkheid om mixed te roeien, (mixed roeien is natuurlijk helemaal niet aan open water gebakken, het was gewoon makkelijker hiervoor een nieuw nummer te vinden dan een bestaand nummer om te vormen) of een mogelijkheid is oude vrienden te treffen schreef ik al.
Maar het écht nieuwe is natuurlijk de compleet andere roei-omgeving en de andere sfeer.
Want coastal dat is ook strand, zee, ruimte, vrolijkheid. Strand dat is de nieuwjaarsduik, flaneren, zwemmen, surfen, chillen en nu dus ook zeeroeien. Misschien boren we met dat coastal wel een heel nieuwe groep roeiers aan. Dudes die niets moeten hebben van dat hogeschool-roeien op strakke banen. Vrije vogels die zelf hun koers bepalen en het gevecht met de golven willen aangaan en daarna achteloos het strand opkuieren. Wat zou dat leuk zijn. Ik kijk er nu al naar uit dat op ledenbijeenkomsten de jasje-dasjes van de studenten worden afgewisseld met slippers, nonchalant linnen en de onvermijdelijke wave-kettingen van de beach boys & girls. Of nog beter: prijsuitreikingen die groovy worden begeleid door clubzang in jamaica-stijl: ‘me life is only important if me can live/row plenty’. Yeah man.
Maar ja, we blijven natuurlijk niet aan zee: Wie op de harbourraces is geweest in Rotterdam weet dat coastalroeien ook een echte urban sport is. Ideaal voor ruig raggende rockers voor wie de stad niet groot genoeg kan zijn, die meer willen dan 3*3 basketbal, boulderen, inline skaten, stuntsteppen, skateboarden, slacklinen, streethockey/streetvolley, of panna. Urbanísta’s die een crossover zoeken met trailrunnen, bootcampen of streetbiken. Misschien zelfs coastal inpluggen op het framed festival of plekje vinden in de urbansports coalition.
Joris Bergman van WSR Argo maakte een paar weken geleden de vergelijking op de regiobijeenkomsten: ‘het coastalroeien is als het shorttracken bij schaatsen of bmx-en bij het fietsen. Het is snel, heeft spektakel en spreekt nieuwe groepen aan.’ Die rappe Rijnroeiers uit Wageningen hebben het begrepen. Ze zijn niet de enige: Roeivereniging de Maas schijnt met een idee te spelen om ‘op Zuid’ een heus coastal-initiatief op te zetten en daarmee nieuwe groepen aan te boren. Ik zeg: pak maar door.
De juniorencommissie duikt helemaal in het diepe. Beklaagde ik me een paar weken geleden nog dat er zo weinig geroeid wordt in Zeeland: hoppa: zij organiseren van 7- 10 mei het juniorencoastalkamp op het Veerse Meer. Zeeland, coastal, junioren… zomaar drie kansgebieden gebundeld in één actie. Wat een mooi initiatief om onze roeiende jongeren meer ruimte te geven! Een feestje voor roeiers, dudes en rockers. Nog 18 weken.
(Voor wie niet meer zo jong is: 29 mei zeeroeien ‘op Scheveningen’. Nog 21 weken.)
Let’s rock. Het wordt een mooi, nieuw jaar.
De echte verandering IV: met oude vrienden in de kerststal
Een serietje over licht en coastal
Door Feike Tibben | 26 december 2020
Feike Tibben is bestuurslid van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond, met als portefeuille sportontwikkeling. Lees alle bijdragen van Feike hier.
Ik neem jullie mee naar de wortels van onze sport.
Wat misschien maar weinigen weten is dat roeien een van de eerste betaalde sporten was: rond 1660 waren er ongeveer 10.000 veermannen en beroepsroeiers nabij de Theems actief. Die verdienden hun geld niet alleen met loods- en transportwerk: regelmatig waren er wedstrijden, waarbij de aristocratie flink inzette met weddenschappen en de beroepsroeiers met het prijzengeld hun inkomen mooi konden aanvullen (kom daar nu nog eens om). De boten: gewoon dezelfde waar men op andere dagen mee werkte.
Maar ja, er kwamen roeiers die geen bootjes nodig hadden voor het werk. Zij konden hun bootjes smaller maken. De nieuwere boten waren sneller en vergden een andere techniek dan de traditionele boten. Met de komst van de snellere boten, met de riggers, en de rolbankjes kwam er ook een scheiding tussen broodroeiers en amateurroeiers. Exclusiviteit werd een kernwaarde. Er kwamen exclusiverende maatregelen: ballotage, contributieheffingen en kledingvoorschriften. De roeiverenigingen van de universiteiten van Cambridge en Oxford stelden hun vereniging alleen open voor mensen met een bepaalde opleiding of sociale herkomst. Toen de Amateur Rowing Association in 1882 werd opgericht kreeg deze als eerste opdracht om amateurregels te formuleren. Het was een periode van heftige klassentegenstellingen, dus die regels werden scherp: Iedereen “who is or has been by trade or employment for wages, a mechanic, artisan, or labourer, or engaged in any menial duty” werd uitgesloten om lid te worden.
In ons land was het niet veel anders. De Koninklijke Nederlandsche Yachtclub hield midden negentiende eeuw nog roeiwedstrijden volgens het oude Engelse systeem: de boten werden niet bemand door clubleden, maar door betaalde huurlingen. Verenigingen als De Maas en De Hoop gaven soms roeiles aan leerling-matrozen en stuurde hen als verenigingsafvaardiging naar wedstrijden. Geroeid werd er om geld. De matrozen mochten dan een deel van het prijzengeld houden. Vanaf ca 1880 – de grote opkomst van de Engelse sporten op het vasteland – worden in verschillende universiteitssteden eigen roeiclubs opgericht met de Engelse amateurregels en natuurlijk Engelse wedstrijdboten. Arbeiders werden uitgesloten van lidmaatschap.
Gevolg: weddenschappen verdwenen, de geldschieters trokken zich terug, het beroepsroeien dat rond het midden van de 19e eeuw – zeker in Engeland – erg populair was, verdween al voor de eeuwwisseling van de radar. De werelden van het vlakwaterroeien en het roeien in traditionele boten (of in jargon: dakgootroeien en badkuiproeien) ontwikkelden vanaf dat moment zich in gescheiden werelden: met andere boten, ander water, andere regels, en andere omgangsvormen.
Het vlakwaterroeien ontwikkelde zich in een klimaat dat verbonden was met het studentenleven. Het roeien in grote werkboten ontwikkelde zich vooral her en der lokaal en op de zeevaartscholen, als verplicht onderdeel van de opleiding. De groei en ontwikkeling van beide sportvormen – inmiddels is 2/3 van de KNRB-roeiers geen student en sloeproeien kan in meer plaatsen worden gedaan dan rolbankroeien – verandert daar niets aan: we roeien in gescheiden werelden.
Maar dan komt daar coastal. Coastal ontpopt zich als nieuwe sport, die ons even logisch als onvermijdelijk verbindt. De vlakwaterroeiers die een verzetje op open water zoeken, de sloeproeiers die eens wat sneller willen varen, stappen, ieder vanuit de eigen sportomgeving, in deze ontwikkeling. Bij de nieuwe coastal initiatieven in Harderwijk, Katwijk en Scheveningen zien we het: vlakwater- en vastebankroeiers treffen elkaar op ledenavonden of in de haven. Bij de deelnemers aan de Talisker Whiskey Atlantic Challenge die nu op zee zijn, zien we het ook: Mark en Kai, de Atlantic Dutchesses en Dutchess of the Sea zijn leden van verschillende verenigingen, vanuit verschillende disciplines. Het zijn sloeproeiers én rolbankroeiers en nu samen in één boot op weg om de oceaan over te steken.
Samen in één boot, als oude vrienden die elkaar weer ontmoeten: ‘waar was je zo lang.’ Toch wel een mooie verbroederingsgedachte op deze 2e kerstdag.
Coastalroeien is eigenlijk een soort kerststal-roeien.
Fijne dagen!